McKENZIE THERAPIE

De McKenzie methode werd ontwikkeld door Robin McKenzie in Nieuw-Zeeland.

In dit behandelconcept staat de actieve inbreng van de patiënt centraal alsook het herhaald bewegen om tot de juiste beoordeling van uw klachten te komen.

Voorts beschreef Robin McKenzie als eerste de termen “centralisatie“, waarbij de doelstelling is om de uitstralende (arm- of been-) klachten meer naar centraal (nabij de wervelkolom) te verplaatsen en daar te behouden. Het tegenovergestelde noemt men “periferalisatie” en dient vermeden te worden.

De McKenzie-therapie behoort tot de manuele therapie en is specifiek van toepassing voor al je nek- en rugklachten. Daarnaast biedt dit concept ook een ideale oplossing voor je problemen aan de gewrichten van de ledematen.

De McKenzie-therapie start met een vraaggesprek dat mede de basis vormt voor het bewegingsonderzoek. Tijdens dit onderzoek analyseert de McKenzie-therapeut de evolutie van je symptomen op basis van herhaalde bewegingen.

Je symptomen worden vóór, tijdens en na elke beweging bevraagd om tot een juiste interpretatie te komen.

Op basis van dit voorgaande, zal de McKenzie-therapeut je klacht onderbrengen in één van de vier, specifiek omschreven, McKenzie-syndromen:

  • Derangement
  • Dysfunctie
  • Posturaal syndroom
  • Andere

Deze classificatie zorgt ervoor om een juiste behandelingsstrategie op te starten voor je geuite klacht. Indien je klacht niet houdings- en bewegingsgebonden blijkt te zijn, zal de McKenzie-therapeut overleg plegen met je (huis)arts om je voort te helpen.

Op zoek naar een McKenzie-therapeut?